Het Jongeren WoonLab zoekt onconventionele oplossingen
- Onderzoeker aan het woord
Als projectleider bij de directie Maatschappelijke Ontwikkeling van de gemeente Groningen houdt Sierd-Jan Jongsma zich bezig met jongeren in een kwetsbare positie. Hij raakte betrokken bij Jongeren WoonLab, een project van het Kenniscentrum NoorderRuimte waarin onderzoekers en studenten samen zoeken naar onconventionele oplossingen voor huisvestingsproblematiek.
"In de gemeente Groningen zijn er op jaarbasis ongeveer 80 dak- en thuisloze jongeren in beeld. Maar er zijn ook jongeren die niet als dak- en thuisloos bekend staan, maar het feitelijk wel zijn. Denk aan de ‘bankslapers’; jongeren zonder stabiele thuissituatie, die bij mensen uit hun eigen netwerk verblijven.”
“Als je als jongere in zo’n situatie terechtkomt, is het lastig om daar zelfstandig weer uit te komen. Vaak zijn er meerdere problemen in de vijf belangrijkste levensdomeinen: the Big Five, zoals we ze noemen. Dat zijn financiën, werk & scholing, zorg & welzijn, support en huisvesting. We proberen dak- en thuisloze jongeren te faciliteren op al deze gebieden, zodat ze op hun eigen manier kunnen groeien naar zelfstandigheid.”
“Wat steeds naar voren kwam was de wens tot onconventionele huisvesting: niet iedere jongere past in het standaardplaatje van een huisje, kamer of een studio. Er was bijvoorbeeld een jongedame die tijdelijk op een boot woonde. Dat beviel goed, maar haar situatie raakte aan de grenzen van de gemeentelijke systemen. Want als die boot niet op een vaste plek ligt en de dame in kwestie geen adres heeft, waar moet dan de uitkering naar toe? Ik heb toen een ontwerpsessie georganiseerd, met ervaringsdeskundige jongeren, een aantal creatieve denkers en beleidsmedewerkers van de verschillende organisaties.”
“Zo raakte ik in gesprek met Bart de Zwart, van de Hanzehogeschool. Hij wilde een onderzoeksgroep opzetten, die zich met huisvesting van dak- en thuisloze jongeren zou gaan bezighouden. Hij hoopte dat dit aansloot bij het project waar ik mee bezig was. Nou, dat bleek dus precies het geval. We zijn op verschillende gebieden gaan samenwerken en daar zit voor mij de toegevoegde waarde in. We hebben veel ideeën en je ziet dat er mooie dingen ontstaan: allemaal zaken die we mee kunnen nemen in de realiteit.”
“We zijn van start gegaan met een fictieve casestudy. We hadden een pand in gedachten, dat als huisvesting voor jongeren ingericht kon worden. Een studente is aan de slag gegaan met een voorlopig ontwerp. Haar onderzoek hielp om inzichtelijk te maken wat er nodig is om zoiets te realiseren. Een ander mooi voorbeeld van de samenwerking is iets dat gaandeweg ontstond. Onderzoekers van het Jongeren WoonLab concludeerden dat het voor dak- en thuisloze jongeren vaak lastig is om een goede match met een hulpverlener te vinden. Daarop hebben ze een aanzet gedaan voor matchinginstrument, zodat jongeren en hulpverleners elkaar beter kunnen vinden.”
“Via dit soort voorbeelden uit de praktijk kunnen we leren wat we op langere termijn anders willen organiseren. Dat is het punt waarop we nu zijn aanbeland. Omdat we nu voorbeelden zien ontstaan van onconventionele oplossingen, willen we in de praktijk onderzoeken of ze haalbaar zijn. We zouden graag met elkaar kijken hoe we die huisvesting écht mogelijk kunnen maken."
Hoe tevreden ben jij met de informatie op deze pagina?