'We hebben gesproken met ondernemers, overheid en financierders'
- Onderwijsproject
Abdifitah Ahmed en Sander Oeben hebben met twee mede-studenten onderzoek gedaan naar een app in de regio Westerkwartier. De opdracht was het vinden van een geschikte financieringsvorm voor in de app waarmee de lokale ondernemers hun projecten kunnen financieren. Het eindresultaat: een advies waar de opdrachtgever de app verder mee kan verbeteren. Daarbij weten Abdifitah en Sander nu meer over financieringsvormen, interviewen en samenwerken.
In het tweede jaar van de opleiding Finance en Control startten Abdifitah en Sander samen met drie mede-studenten een project binnen de innovatiewerkplaats Gebiedscoöperatie Westerkwartier in Zuidhorn. “We konden kiezen uit verschillende projectopdrachten”, vertelt Sander. “Ik heb alle opdrachten doorgelezen en mijn voorkeur ging gelijk uit naar deze onderzoeksopdracht bij Gebiedscoöperatie Westerkwartier.” De innovatiewerkplaats is een samenwerking tussen de gemeente Westerkwartier, de Hanzehogeschool Groningen en lokale ondernemers. “In de Innovatie Netwerk App kunnen lokale ondernemers projecten plaatsen” legt Abdifitah uit. “Met behulp van de app kunnen ondernemers contact zoeken en hulp vragen van andere ondernemers, de overheid en het onderwijs. De wens van onze opdrachtgever was dat ondernemers ook gelijk een financiering voor projecten konden aanvragen met behulp van de app. Wij hebben onderzocht of dit mogelijk was.”
De studenten hebben eerst de stakeholders in kaart gebracht. “Belangrijke betrokkenen waren de gemeente, het onderwijs en mogelijke financierders”, aldus Abdifitah. “We hebben interviews afgenomen met beleidsmedewerkers van de gemeente Westerkwartier, een subsidieadviseur en lokale ondernemers. Ook zijn we in gesprek gegaan met een crowdfunding-maatschappij, de Rabobank en de lector duurzaamheid aan de Hanzehogeschool Groningen.” Sander vond het afnemen van de interviews erg leerzaam: “Ik heb leren doorvragen. Dat vond ik in het begin weleens lastig, maar later ging dat steeds meer vanzelf.”
De projectgroep heeft de mogelijke financieringsvormen voor lokale ondernemers in kaart gebracht. “We kwamen tot de conclusie dat de app vooral informatief zou moeten zijn”, vertelt Abdifitah. “Het is niet mogelijk om subsidies in de app te zetten, want externe subsidieverstrekkers moeten zelf elk project goedkeuren. Bovendien moet je bij elk project apart kijken welke subsidie het meest geschikt is. De app kan wel doorverwijzen naar geschikte subsidies.”
Abdifitah vond de begeleiding vanuit de opleiding goed. “De docent hielp ons als dat nodig was en er was veel ruimte voor creativiteit en eigen inbreng. We kregen de opdracht om tijdens de projectperiode een ontwikkel-portfolio bij te houden. Met behulp van opdrachten moesten we beschrijven hoe we hebben gewerkt aan onze persoonlijke ontwikkeling en professionaliteit. Dit vond ik erg waardevol.”
Sander vult aan: “Ik vond het fijn dat we de theorie die we kregen ook gelijk konden gebruiken in dit project. Door de interviews die we afnamen kwam er veel nieuwe inhoud op tafel. Er kwamen steeds nieuwe onderwerpen en vragen bij. Een volgende keer gaan we eerst op papier zetten wat we precies gaan doen.” Abdifitah is het met hem eens: “Daardoor kunnen we nog beter focussen op wat geleverd moet worden.”
Het eindproduct van het project was een rapport met een aantal aanbevelingen hoe lokale ondernemers nog beter geholpen kunnen worden met informatie op maat. De opdrachtgever was tevreden en kan nu een volgende stap zetten met de app.
Hoe tevreden ben jij met de informatie op deze pagina?