Ik stel mijzelf de vraag: wat wil ik echt leren?
- Student aan het woord
Al tijdens zijn mbo-opleiding Applicatie- en Mediaontwikkelaar merkte Frank dat hij geen échte ICT’er was. Zijn stagebegeleiders merkten op dat hij erg gericht was op sociaal zijn en heel gastvrij was en raadde hem aan om eens te gaan kijken bij de hbo-opleiding Facility Management.
Tot dat moment had hij zelf nog niet het idee om na zijn mbo naar het hbo te gaan, want in de ICT was ook goed te verdienen. Wel wist hij dat hij niet 24/7 achter de computer wilde zitten en dat bleek in de ICT wel de praktijk. Hij besloot zijn opleiding af te ronden en zich door middel van het bezoeken van een open dag en een meeloopdag te oriënteren op de opleiding Facility Management en dat bleek hem aan te spreken.
Frank: ‘Ik had ervoor kunnen kiezen om een mbo-opleiding Facilitair Leidinggevende te gaan volgen, maar tot dusver ging het mbo mij vrij gemakkelijk af. Ik was op meerdere vlakken wel toe aan meer uitdaging. Mijn vorige opleiding was al redelijk theoretisch, maar het hbo is nog theoretischer dan het mbo. De eerste jaren leg je de basis in de theorie en verdiep je je meer in de materie. Je wordt op het hbo wel geacht eerst onderzoek te doen, voordat je de praktijk gaat doen. Later in de opleiding ga je je ook steeds meer specialiseren en meer praktijkgericht werken door middel van minoren en stages. Op het mbo was het vooral doen en op het hbo ga je eerst nadenken over waarom je iets gaat doen en daarna voer je het uit. Dat is iets wat je wel moet leren. Ik heb vooral moeten leren onderbouwen’.
Hoewel Frank de aansluiting van het mbo naar het hbo goed vond, zijn er ook wel een aantal struikelvakken. Voor hem zijn vooral de economische en financiële vakken een uitdaging, omdat hij dit niet in zijn vooropleiding gehad heeft. Frank: ‘als je kijkt naar samenwerken met bijvoorbeeld de scrum-methode, dan had ik daar juist weer meer ervaring mee dan mijn klasgenoten. Bij lastige vakken vraag ik om ondersteuning. Je moet echt durven toegeven waar je niet zo goed in bent. Iedereen zit voor zichzelf op het hbo, niet voor de buurman. Je leert wel door anderen, maar je moet het uiteindelijk wel echt zelf leren. De eerste stap is wat mij betreft om dan te praten met je coach, om samen uit te zoeken welke vervolgstappen je kunt nemen. Je coach kan je ook ondersteunen bij het vinden van de juiste hulp’.
Frank: ‘ik weet nog goed de eerste keer dat ik een project deed. Niemand kent elkaar nog, maar je mocht wel zelf je projectgenoten kiezen. Ik moest echt even in het ritme komen. Tijdens het project zag ik wel duidelijk een stijgende lijn van vaardigheden. Je vraagt je eerst af van waarom je in projecten moet werken, maar je ziet later in wat de fun is. Je werkt vaak eerst wat met fictieve casussen, maar steeds meer met echte opdrachtgevers.’
‘Met deze opleiding zit je niet vastgepind aan één onderwerp en dat is heel fijn. Dit had ik bij mijn mbo-opleiding wel, want daar werd ik voor één vak opgeleid. Bij de opleiding Facility Management kan ik nog keuzes maken en experimenteren met waar mijn sterktes en interesses liggen. Ik vind het bijvoorbeeld heel interessant om in CoL-groepen (community of learners) te werken. Hier werk je met mensen van verschillende niveaus, je leert kennis te delen én ontwikkelt nieuwe vaardigheden.’
‘Ik stel mijzelf de vraag: wat wil ik echt leren? Wil ik echt met gebouwen werken? Of wil ik meer richting de events en catering? De opleiding is breed, maar als je weet wat je wil dan kun je nog veel meer uit je studie halen. De harde (technische) kant van het vak heeft ook effect op de zachte (services) kant en dat ontdek je tijdens de opleiding. Je hebt kennis van het gebouw nodig om een goede service te kunnen leveren. Tegelijkertijd kun je een prachtig gebouw inrichten, maar als het niet bijdraagt aan de services die je wil leveren, dan heeft het geen zin. Daarom moet je beide aspecten kennen, zodat je erover mee kunt praten. Je hoeft niet alle details te weten, je kunt je ook in één vakgebied gaan specialiseren. Het eerste jaar is vooral bedoeld om je te oriënteren op welke kant je op wil, daarna ga je steeds meer zelf richting geven aan je studie door middel van het kiezen van minoren, stages en invalshoeken tijdens projecten. Sta vooral open voor andere inzichten.’
‘Het belangrijkste advies dat ik je kan geven is om trouw te blijven aan jezelf. Laat je niet beïnvloeden door anderen bij het maken van je studiekeuze. Als je merkt dat de gekozen studie niet bij je past, wees dan niet bang om van koers te veranderen. Niets staat voor altijd vast, en het is nooit te laat om een nieuwe richting in te slaan. Blijf openstaan voor verandering en volg je eigen pad. Daarbij is het goed om je bewust te zijn van je eigen kunnen en kennen. Realiseer dat het niet perfect hoeft en dat niet alles meteen lukt, dat is normaal. Zoek samen naar oplossingen en luister goed naar wat je zelf nodig hebt op succesvol te zijn in je studie.’
Hoe tevreden ben jij met de informatie op deze pagina?