‘We willen een zorgzame omgeving creëren’
- Onderzoeker aan het woord
De Innovatiewerkplaats (IWP) Senioren is vorig jaar van start gegaan en wil ouderen zo lang mogelijk betrokken en actief houden. Projectleider en bruggenbouwer Karlien Landman: ‘Vergrijzing is een belangrijke aanleiding voor de oprichting van deze IWP. Hoe kunnen we zorgen dat ouderen mee kunnen en blijven doen, en dat ze zelfstandig kunnen blijven wonen? Wij onderzoeken hoe je ze daarbij het beste kunt ondersteunen.’
Aan de ene kant willen mensen natuurlijk graag thuis blijven wonen, maar soms lukt dat zelfstandig niet zo goed meer. Er zijn voor ouderen niet zoveel mogelijkheden om anders te gaan wonen. Door het kleine aantal zorgplekken en de druk op de zorg wordt er een steeds groter beroep op mantelzorg gedaan. Maar dat is niet voor iedereen mogelijk. Karlien: ‘De beweging is om de sociale basis te versterken en een zorgzame samenleving te creëren, dus meer voor elkaar te gaan zorgen.’
Sinds de IWP Senioren dit jaar echt momentum heeft gekregen, hanteren ze een andere werkwijze. Er wordt gewerkt in zogenaamde leerateliers (een soort learning community), waarbij het werkveld, vrijwilligers, ouderen, docentonderzoekers en studenten allemaal samenwerken aan vraagstukken.
De leerateliers vallen onder vier thema’s:
Karlien: ‘We sluiten aan bij bestaande initiatieven. Er gebeurt zoveel rond ouderen, daarom zetten we in op elkaar versterken. We doen ‘waarderend onderzoek’, waarbij we werken vanuit wat er al is en wat goed gaat, om daarmee steeds een stap dichter te komen bij wat er beoogd wordt. Dit gebeurt door kennis op te halen en toe te voegen, en door bestaande initiatieven onder de loep te nemen en te kijken naar: wat gebeurt er? Wat maakt dat het werkt? Hoe kan dat vaker? Wat kunnen we hier van leren?
Zo is er in Haren bijvoorbeeld het Clockhuysplein, een ontmoetingsplek voor en door ouderen. Dit is een soort buurthuis waar drie keer per week bijeenkomsten en activiteiten zijn voor 50-plussers. Sinds een half jaar organiseren ze ook het Digicafé, waar senioren terechtkunnen met vragen op digitaal gebied. Het leeratelier vindt in Clockhuysplein plaats, studenten deden mee met het Digicafé. Karlien: ‘Ze ontdekten dat veel ouderen grote moeite hebben met digitale zaken en daar ook niet zoveel van willen weten, terwijl steeds meer dingen digitaal gaan, ook in de zorg. We gaan nu onderzoeken waar organisaties op zouden moeten letten bij digitale ondersteuning, zorg en dienstverlening om te zorgen dat ouderen niet uitgesloten worden. We kunnen er niet vanuit gaan dat iedereen mee kan komen. Dit zijn allemaal stappen om een zorgzame omgeving te creëren.’
Ook de Gemeente Groningen is actief op het gebied van ouderen, o.a. met het programma Ouder en Wijzer dat in samenwerking met ouderen tot stand is gekomen. Eén van de programmapunten is het verbinden van verschillende ouderennetwerken en -initiatieven in de stad, om met elkaar te delen en van elkaar te leren wat goed werkt en te kijken waar nog vragen zijn. De IWP Senioren is aangesloten bij de opzet ervan. Karlien: ‘Tijdens sessies hebben ouderen, gemeente en bruggenbouwers in een voorbereidingsgroep samen onderzocht wat er momenteel aan netwerken is, gekeken wat de meerwaarde van het kennis- en leernetwerk moet zijn, wat daarvoor nodig is en hoe we het netwerk kunnen opstarten. Daar kwam ook naar voren dat een steuntje in de rug van de gemeente nodig is bij het faciliteren en organiseren.’
Een van de ateliers is het Atelier Mee (blijven) doen. Dit is gericht op mensen met milde cognitieve achteruitgang en beginnende dementie. Veel vrijwilligerswerk wordt gedaan door ouderen en vaak zijn activiteiten afhankelijk van deze vrijwilligers, denk aan ontmoetingsplekken, sportclubs, gastheer of -vrouw bij musea, maar ook bestuurswerk bij stichtingen. Zodra vrijwilligers cognitieve problemen krijgen, het geheugen gaat bijvoorbeeld achteruit, denken ze zelf al snel dat zich beter kunnen terugtrekken. En organisaties merken dat het anders gaat dan voorheen en vragen zich af of iemand wel kan blijven. Karlien: ‘Maar we hebben de ouderen keihard nodig om dergelijke organisaties en activiteiten te laten draaien. Hoe zorg je dan als organisatie dat je hen kunt behouden als vrijwilliger? Juist actief en betrokken blijven en onder de mensen komen zorgen voor zingeving en kwaliteit van leven, en dit lijkt cognitieve achteruitgang en dementie te kunnen remmen. Met dit vraagstuk gaan we dus aan de slag, bijvoorbeeld met organisaties als Humanitas en Het Odensehuis.’
Ook Alzheimer Nederland en de Nederlandse Organisatie voor Vrijwilligerswerk (NOV) toonden belangstelling voor het Atelier Mee (blijven) doen. ‘Ze gaven aan dat dit voor hen een blinde vlek is,’ vertelt Karlien. ‘Dus samen blijven werken met oudere vrijwilligers die cognitief minder worden. Je wilt dat mensen mee kunnen blijven doen, maar hoe doe je dat? Dat willen deze organisaties ook, dus wissel je kennis uit. Op deze manier werkt het een beetje als een olievlek.’
‘Onze werkwijze zal steeds meer impact krijgen,’ vertelt Karlien. ‘Je merkt nu al dat de betrokkenen anders gaan denken en kijken. Dat komt door hoe we met onze vraagstukken en vooral ook hoe we met mensen bezig zijn. Je merkt dat mensen zoekend zijn, en door onze input breng je al kennis. Het mooie is dat de ateliers ieder een eigen focus hebben, maar wel aan dezelfde achterliggende vraagstukken werken. En daarmee voeden ze elkaar; met de kennis die we ophalen en het netwerk dat zich om een atelier heen vormt. We zouden wel dertig ateliers kunnen openen, als ik kijk naar hoeveel initiatieven er zijn, naar de vragen die er liggen en de behoefte die er is. We moeten op dit moment echt afbakenen wat we wel en niet doen.’
Karlien vindt het mooi om te zien hoeveel energie er in de ateliers is als mensen vanuit verschillende rollen samen aan het werk zijn en samen dingen ontdekken. Karlien: ‘Ouderen vinden het heel fijn om met studenten te werken, dat geven ze duidelijk aan. En studenten ervaren hoe ouderen tegen zaken aankijken en welke kennis er is. Ook krijgen ze zicht op de veranderingen in het beroep waarvoor ze studeren.’
‘Voor de komende jaren staat op het programma dat we dit project willen voortzetten,’ zegt Karlien. ‘Onze subsidie loopt tot eind 2025, maar ook daarna hopen we met onze werkwijze een bijdrage te kunnen blijven leveren aan werkveld, onderwijs en onderzoek. Een van de doelen daarbij is dat we meer domeinen, beroepen en organisaties willen combineren. En het is natuurlijk ook de bedoeling om de kennis in de curricula te verwerken, zodat studenten beter voorbereid zijn om met ouderen te werken. We werken met studenten en docenten van verschillende disciplines, zoals Social Work, Toegepaste Psychologie, Verpleegkunde en Fysiotherapie en we merken dat die verschillende benaderingen echt een toegevoegde waarde hebben.’
Hoofddocent Sociaal Werk/Projectleider IWP Senioren
Hoe tevreden ben jij met de informatie op deze pagina?