Studenten helpen bij armoede­bestrijding

  • Nieuws
Minibieb klein jongetje.jpg

In de Drents-Groningse Veenkoloniën leven zo’n 14.000 gezinnen al generaties lang in armoede. In de Innovatiewerkplaats Intergenerationele armoedevraagstukken werken studenten, professionals en onderzoekers samen met de Alliantie van Kracht aan het doorbreken van deze vicieuze cirkel. Daarin is een combinatie van interventies nodig, omdat je dan effectiever kunt inspelen op de unieke situatie van elk gezin. Hanzestudenten Bas, Esmée en Roosmarijn ontwikkelden praktische producten die het verschil kunnen maken.

‘Wat ons opviel was dat geldgebrek maar een klein deel is van het probleem bij generatiearmoede,’ zegt Bas Ananias. ‘Dat is het begin, maar ook stress, sociale uitsluiting en gebrek aan perspectief spelen een rol. Armoede is een veelkoppig monster, een probleem dat complex en diepgeworteld is. Het doorbreken van deze vicieuze cirkel is een grote uitdaging, en dat maakt het des te belangrijker om sociaal werkers te ondersteunen bij hun werk in gezinnen die te maken hebben met armoede.’
Bas Ananias deed samen met Esmée de Bruijne onderzoek voor hun opleiding Social Work aan de Hanze in opdracht van welzijnsorganisatie Tintengroep.

Doorbreken van familiepatronen

Bas: ‘Esmée en ik zijn begonnen met het interviewen van sociaal werkers en ervaringsdeskundigen van de Tintengroep Drenthe. Onze vraag was, wat gebeurt er allemaal op het gebied van generatiearmoede, en hoe kunnen we dat beter met elkaar verbinden? Vooral de gesprekken met ervaringsdeskundigen waren heel waardevol. Dit zijn mensen die zelf armoede hebben meegemaakt, bijvoorbeeld door een scheiding of verslaving. Ze hebben hun situatie achter zich gelaten en gebruiken hun ervaringen nu om anderen te helpen. Ze weten wat er in de praktijk nodig is en zien soms dingen die onderzoekers niet meteen opmerken. Het was mooi om te zien hoe zij het patroon in hun eigen familie hebben doorbroken en nu anderen ondersteunen.’

 

coverfoto armoede academie

Studenten leren van de praktijk, onderzoeken problemen en maken direct impact

Studenten worden sleutelfiguren in het werkveld

Hanze-docentonderzoeker Geerte Dijkstra begeleidde mede het onderzoek samen met praktijkdeskundige Liset Bijsterbosch van Tinten. Geerte ziet dat studenten een katalysatorrol kunnen hebben bij de aanpak van het armoedeprobleem: ‘Dat heeft veel te maken met de manier waarop we onderzoek doen in leerwerkgemeenschappen. Doordat de studenten samen optrekken met mensen uit het werkveld, doen ze veel praktijkkennis op. Ze zien welke problemen daar spelen en daarop baseren zij hun onderzoek. En de uitkomsten daarvan worden rechtstreeks in de praktijk gebruikt. Dat betekent dat zij echt het verschil kunnen maken voor mensen.’

Geerte ziet dat ook de intensieve begeleiding die zij en haar collega’s geven een belangrijke rol speelt bij de motivatie van de studenten. ‘Omdat ze aan vragen uit de praktijk werken, in dit geval armoede, ervaren ze hoe belangrijk deze missie is. Dit maakt studenten enthousiast voor praktijkonderzoek. Door de combinatie van theorie en praktijk worden ze deskundigen in hun vak, en kunnen ze later belangrijke sleutelfiguren worden in het werkveld.’

Mensen praten gemakkelijker met een student

Bas: ‘Al gebeurt er heel veel op het gebied van armoedebestrijding, toch is er bij de doelgroep soms ook weerstand. Vaak heeft dit te maken met vervelende ervaringen. Het armoedebeleid bij gemeenten kan heel versnipperd zijn. Overal is een aparte contactpersoon voor, waardoor mensen steeds hetzelfde verhaal moeten vertellen, terwijl er al veel schaamte is. Dat is iets dat we vaak terugkregen van mensen.’ Geerte: ‘Hier kunnen studenten ook verschil maken, omdat mensen het vaak gemakkelijker vinden om met een student te praten over hun situatie. Denk aan jongeren die in de schulden zitten, en waar studenten sneller een goede klik mee hebben. Daardoor krijgen ze ook relevante onderzoeksresultaten boven tafel. En dan komen er plotseling ook weer ingangen om de jongeren te helpen.’

Poster maakt sociaal werk zichtbaar

Een belangrijke uitkomst van het onderzoek van Bas en Esmée waren twee praktische producten die professionals van Tintengroep Drenthe inzicht kunnen geven in waar collega’s mee bezig zijn: een poster én een overzicht met bestaande video’s over het onderwerp. De poster geeft een overzicht van de interventies die sociaal werkers kunnen inzetten, zodat ze effectiever en doelgerichter kunnen werken, wat direct bijdraagt aan de verbetering van hun professioneel handelen. Zo worden ook netwerkpartners meer betrokken en gestimuleerd tot interdisciplinaire en interprofessionele samenwerking. Dit vergroot de zichtbaarheid van sociaal werk en welke impact dit heeft.

Je wilt niet dat de buren je zien  

Roosmarijn Otter is afgestudeerd in Toegepaste Psychologie. Voor dit onderzoek hield ze zich vooral bezig met de praktische insteek van wat wel en wat niet werkt bij het bestrijden van generatiearmoede. Daarvoor interviewde ze sociaal werkers van bedrijven in Drenthe. Een van haar eindproducten was een poster met succesfactoren en belemmerende factoren.

Een belemmerende factor in de hulpverlening zag Roosmarijn bij een inloopspreekuur dat werd georganiseerd. Roosmarijn: ‘Het was open voor iedereen, wat bedoeld was als drempelverlagend. Maar dat was juist ook een probleem, want dan kunnen ook de buren zien dat je daar binnenloopt en kennelijk problemen hebt. Dat vinden mensen moeilijk en dan komen ze dus niet.’

Gelukkig zijn er ook succesverhalen, zoals bij een gezin waarvan de vader werkloos was. Roosmarijn: ‘Op een gegeven moment zijn we samen gaan zitten met de sociaal werkers en kwam de vraag op tafel: als alles kon, wat zou dan je droombaan zijn? Dat bleek vrachtwagenchauffeur te zijn, in dit geval een heel haalbaar doel. We hebben een stappenplan gemaakt met korte en lange termijn doelen. Het lange termijn doel was om uit de schulden te komen en het korte termijn doel was om het vrachtwagenrijbewijs te halen. De gemeente stelde hier een budget voor beschikbaar, en zo lukte het de vader om zijn rijbewijs te halen. Al snel vond hij werk als vrachtwagenchauffeur en zo kon het gezin zich uit de schulden werken en een leven opbouwen. Dat was echt heel mooi om te zien.’

Alle hulp is nodig

Net als Bas en Esmée ondervond Roosmarijn dat generatiearmoede een ingewikkeld probleem is met diepgewortelde oorzaken. Roosmarijn: ‘Allerlei factoren spelen een rol, en dat kan ook iemands fysieke of mentale gezondheid zijn. Er is veel schaamte en door eerdere negatieve ervaringen met hulpverlening is het wantrouwen soms groot. Ik ontdekte dat je hier als student vaak weinig weet van hebt. Je zit best in een welvarende bubbel, met allerlei mogelijkheden die door je studie nog groter worden. Dit werk gaf me veel inzicht in hoe het ook anders kan zijn en hoe moeilijk het is om het dan te veranderen. Ik zie het ook als mijn maatschappelijke verantwoordelijkheid en hoop dat andere studenten van allerlei opleidingen ook kiezen voor werk op het gebied van armoedebestrijding. Alle hulp is nodig.’

Meer info over de Alliantie van Kracht