Dark Matter: kunst als spiegel van maatschappelijk leed
- Nieuws
Acht studenten van Academie Minerva en acht getroffenen van georganiseerd seksueel geweld in hun kindertijd laten hun co-creatieve werk en proces zien op de expositie Dark Matter. Het resultaat is een verzameling beelden die niet altijd een letterlijk verhaal vertellen, maar indrukken en emoties weerspiegelen die de samenwerking teweeg heeft gebracht.
Tekst: Loes Vader
Een mensfiguur van fietsbanden, vastgebonden met kettingen, het werk van Mare. Het vertelt: ‘Van binnen voel ik mij verrot. Ik kan er niet over praten, alsof er maden uit mijn mond rollen zodra ik hem open doe. Ik vecht maar zit verstrikt in de ketenen van mijn geschiedenis.’
De hand onder het rompertje van een baby, een van de werken die Jiska met haar duo maakte, laat weinig te raden over. Minder expliciet, maar minstens zo indrukwekkend, is het werk van Roos. Roos ging haar co-creatie aan met iemand die moeite had om te spreken. Dat aspect staat centraal in haar werk: gladgestreken kleivormen en kleitabletten met gestempelde teksten. Een QR-code leidt je naar het gesproken woord van het ‘Meisje met een Verhaal’. Het schilderij dat student Fay maakte, geïnspireerd op het Meisje met de Parel, zet het woord ‘oude meester’ in een grimmig daglicht. ‘Er zijn kunstwerken die heel veel aandacht krijgen. Er zijn verhalen die meer aandacht verdienen.’
Dark Matter is een samenwerking tussen studenten van Academie Minerva, het lectoraat Image in Context en Spotlight, de stichting die spreekt namens slachtoffers van georganiseerd geweld tegen kinderen, doorgaans seksueel geweld. Het lectoraat Image in Context onderzoekt wat deze co-creatie doet met het (beeldende) proces waar de kunststudenten doorheen gaan.
“Het gaat met name over de kinderporno-industrie, prostitutie en intergenerationeel misbruik, legt Beatrix uit. Beatrix is beeldend therapeut, opdrachtgever van de off course Dark Matter en oud-student van de Master Healthy Ageing Professional van de Hanze. Vanuit de master heeft ze Spotlight opgericht. “Voor veel mensen is seksueel geweld tegen kinderen nauwelijks voorstelbaar. Dat geldt zeker als het gaat over georganiseerd geweld met sadistische kenmerken, door netwerken die dwingende controle en indoctrinatie gebruiken.”
Er wordt gewerkt in koppels. Studenten worden gekoppeld aan iemand die in het verleden te maken heeft gehad met kindermisbruik en die dit, voor zover mogelijk, verwerkt heeft. De studenten worden intensief begeleid hoe je met zo’n ingrijpend onderwerp omgaat. Britt (22), derdejaarsstudent Illustratie en Animatie, wilde heel graag deelnemen, omdat ze het belangrijk vindt dat er over zo’n zwaar onderwerp wordt gepraat. “Het zijn waargebeurde horrorfilms die mijn duo-persoon heeft geleefd. Dat raakt en dat raak je niet kwijt.”
Britt is met haar duo hun eigen werelden gaan tekenen. Zij begon aan de ene kant van het papier, haar duo aan de andere kant. “Zodat je het verschil ziet tussen mijn wereld en zijn innerlijke wereld, als kunstenaar, als slachtoffer en als persoon. Er zit een hele wereld in mij, staat boven het kunstwerk van Britt. “Het is een uitspraak van mijn duo”, legt ze uit. “Het citaat heeft me tijdens het project geïnspireerd en het blijft me inspireren. Het symboliseert de verschillende werelden in zijn hoofd.” Britt’s duo heeft een dissociatieve identiteitsstoornis ontwikkeld om met zijn trauma’s te leven. Ze legt uit wat dat betekent. “In zijn hoofd leven verschillende personen, met allemaal een eigen naam en een eigen karakter. Daarmee creëert hij subpersoonlijkheden, met eigen waarden, eigen gedrag en eigen identiteit.”
JOke (62) is derdejaars Fine Art, Autonome Beeldende Kunst en psycholoog. Haar duo, de moeder van het slachtoffer waar Britt mee samenwerkt, gaf inhoud aan de term intergenerationele misdaad. “Het misbruik is gestart in de generatie voor haar, zij heeft het meegemaakt en ze heeft niet kunnen voorkomen dat haar kind het ook meemaakte”, vertelt JOke. “Dit is zo koud aan je ziel.”
JOke heeft een installatie gemaakt van ingesnoerd bamboe. “De bamboe symboliseert de veerkracht van mijn duo. Het is ingesnoerd om te laten zien dat de veerkracht wel aanwezig is, ondanks dat het is ingesnoerd. Ik heb drie cirkels gemaakt waarin een soort ritueel te zien is, die heiligheid suggereert als dekmantel. In de binnenste cirkel staan de stokken in kinderschoenen, dan in herenschoenen en ten slotte staan de bamboestokken op stoofjes. Ze moeten huiselijkheid symboliseren, maar zijn dat niet. De stoofjes symboliseren de facilitators van het misbruik. Mensen die het niet doen, maar het wel faciliteren.”
Macht en onmacht komen in JOkes installatie aan bod in de vorm van een mannenschoen die een kinderschoen vermorzeld. Daarnaast heeft ze een schilderij gemaakt waarmee ze haar eigen woede uitdrukt, met daaronder een aantal houten objecten, tranen van hout. JOke: “Ik denk dat je niet genoeg kunt huilen om dit te verwerken.”
Britt vertelt dat ze enorm goed zijn begeleid door Beatrix, lector Anke Coumans en senior-onderzoeker Fardo Eringa. “Ik vind het haast jammer dat het bijna voorbij is, want de groep waarmee we werken is zo warm en veilig”, vindt Britt. “We kunnen alles kwijt. We mogen emotioneel zijn. Het wantrouwen en het gevoel van onveiligheid is bij onze duo’s altijd aanwezig. Dat er zo’n veilige plek is gecreëerd, is heel bijzonder. Het zijn ook hele gezellige middagen met heel echt contact.”
Als beeldend therapeut kent Beatrix de helende kracht van beeldend werken. “Voor dit maatschappelijk zieke probleem heb je kunst nodig, om een gevoel te ontwikkelen voor dingen die niet kloppen met kinderen. Om het onzichtbare, het onvoorstelbare en het onbeschrijfelijke zichtbaar te maken. Om de maatschappij wakker te schudden en uiteindelijk te helen”, besluit Beatrix.
Wil je meer weten over het lectoraat Image in Context?
Bezoek de pagina van het lectoraatHoe tevreden ben jij met de informatie op deze pagina?